Wilde bijen onder de loep

Bijgewerkt op 26 mei 2025

Voor 4e Het afgelopen jaar heeft het park dit voorjaar wilde bijen in de Périgord-Limousin in kaart gebracht, als onderdeel van het Europese programma Leven Wilde Bijen. Doel van de operatie is om deze insecten, waarover nog weinig gegevens beschikbaar zijn, beter te begrijpen.

Dankzij een vastgesteld protocol kunnen met behulp van monitoring waardevolle gegevens worden verzameld over de diversiteit aan soorten en hun verspreiding. Het vindt parallel plaats in de 5 regionale natuurparken die bij het project betrokken zijn. In de Périgord-Limousin, Er waren 15 locaties het doelwit, representatief voor de diversiteit van de open natuurlijke omgeving: weilanden, heidevelden, kalksteenhellingen, enz.

Veldwerk…

Er vinden vervolgsessies plaats een keer per maand tussen half maart en eind oktober, om de gehele periode van bestuivingsactiviteit te bestrijken. Voor elk van hen gelden specifieke weersomstandigheden: zonnig weer, weinig wind, milde temperaturen boven de 14°C.

De controle wordt uitgevoerd met behulp van bekers gevuld met water, die gedurende 48 uur op elke locatie worden geplaatst. Als u er een druppel afwasmiddel aan toevoegt, dat als oppervlakteactieve stof werkt, kunnen mensen vast komen te zitten. De kleuren van de bekers (blauw, geel en wit) komen overeen met de hoofdkleuren van de bloemen in de regio. Hun combinatie maakt het dus mogelijk om rekening houden met de kleurvoorkeuren van verschillende bijensoorten. De in de bekers gevangen insecten worden vervolgens in potten geplaatst. De potten worden zorgvuldig geëtiketteerd (locatie, station, kleur van de beker en datum) voordat ze ter analyse worden verzonden.

Dit door experts ontwikkelde protocol is tot op heden het enige dat het mogelijk maakt betrouwbare gegevens te verkrijgen. Essentiële gegevens voor een betere beschouwing van wilde bijen, hoewel een minder invasieve methode wenselijk zou zijn.

…en laboratorium

Zodra het veldwerk is afgerond, worden de monsters naar deOPIEWaar insecten worden geïdentificeerd met behulp van gespecialiseerde apparatuur. De resultaten worden vervolgens door het laboratorium geanalyseerd BIOGECO van INRAE, om robuuste wetenschappelijke conclusies trekken. Vervolgens worden alle gegevens uit het LIFE-project gecentraliseerd, vergeleken met de floristische kenmerken van de gemonitorde omgevingen en geïntegreerd in nationale databases.

De resultaten van de monitoring van 2022 op deze 15 locaties zijn onlangs gepubliceerd en laten nu al duidelijke trends zien. Lasioglossum morio is dus de meest voorkomende bijensoort in deze onderzoeken. De soortensamenstelling van de weilanden van de Haute-Vienne verschilt van die van de weilanden van de Dordogne. De kalksteenheuvels van de Dordogne onderscheiden zich van de heidevelden van de Haute-Vienne. Er zijn overeenkomsten met de weilanden, maar de specificiteit in de heidevelden en op de hellingen is groter (één exemplaar telt meer soorten).

In totaal is in 2022 Op de 146 monitoringlocaties in Périgord-Limousin werden 15 verschillende soorten wilde bijen verzameld en geïdentificeerd.

Waarom deze monitoring?

Wilde bijen zijn belangrijke indicatoren voor de gezondheid van natuurlijke omgevingen. Hun diversiteit en aanwezigheid weerspiegelen het ecologisch evenwicht in het gebied. Deze monitoring maakt het dus mogelijk om:

  • Een beter begrip van de soortenrijkdom die op ons grondgebied aanwezig is, op basis van de belangrijkste open natuurlijke omgevingen
  • Experimenteer en pas beleid voor het beheer van de natuurlijke omgeving aan op basis van concrete en objectieve gegevens
  • Deelnemen aan de nationale inventarisatie en kwalificatie van de beschermingsstatus van soorten

Uiteindelijk is het doel dat de verzamelde gegevens kunnen bijdragen aan de ontwikkeling van methoden ten gunste van wilde bestuivers.

Locatie 7 station B ©Regionaal natuurpark Périgord Limousin